Alledaagse Dialogen – For English Click Here.
“Goed, waar hebben we mee te maken, Marcus?”
“Een vorm van leven, Jim, maar niet zoals wij dat kennen.”
Op de tafel voor hen lag een wezen dat ze in hun levensdagen nog niet gezien hadden. Mythes en legendes vertelden wel over dit soort entiteiten die waarschijnlijk afkomstig waren van een andere planeet. Er is altijd gezegd dat de overheid afwist van hun bestaan. Honderden artikelen zijn hierover verschenen. Sommige hadden vage foto’s. Bewogen beelden of met een te lage resolutie; korrelig en onscherp. De ongelovigen deden het af als complottheorieën. Welk zichzelf respecterend mens zou nou geloven dat de overheid actief dit soort ontdekkingen verbergt? En toch lag er hier nu zo’n ontdekking voor hen op de tafel. Als het niet dood was, dan staarde het hen recht in de ogen aan. Zij konden het niet geloven. Niemand zou hen geloven.
“Dus, wat kun je erover zeggen?”
“De voortplantingsorganen lijken intact en ik veronderstel dat we hier te maken hebben met een mannelijke vertegenwoordiger van het soort. Onder deze vlezige kwab vonden we een tamelijk kleine, edoch functionerende en volledig ontwikkelde penis. Dit is natuurlijk een volwassen exemplaar. Onze collegae van een paar deuren verderop hebben een wat jongere liggen om mee te werken. Van wat ik heb gehoord is de grootte daarvan echt lachwekkend en niet in staat om te produceren wat deze wezens nodig hebben om zichzelf te kunnen voortplanten.”
“Dat is uiterst interessant. Hebben we ook vrouwelijke exemplaren?”
“Tot zover zijn dit de enige twee van dit soort die we mogen onderzoeken. Het is een begin. Hopelijk sturen ze binnenkort een vrouwelijke versie. Dat zou wel een hoop vragen kunnen beantwoorden die we op dit moment hebben. Hier. Moet je zien. Dit ziet eruit als stembanden. Wat denk jij?”
Marcus nam een scalpel en sneed in het goed bewaarde kadaver. Het was een onsmakelijk gezicht. De verrotte lucht penetreerde hun maskers. Kots neigingen en tranen in de ogen.
“Bij Thor, Marcus, daar zeg je wat. Konden deze wezens praten?”
“Daar lijkt het wel op, Jim. Alhoewel ik niet verwacht dat ze erg slim waren. Let op. Zie je dit? De grootte van de hersenen en het hoofd impliceren dat ze niet heel intelligent konden zijn geweest”
“Wat wil je precies zeggen?”
“Als ze al konden praten, dan zal het niet veel meer zijn geweest dan gewoon het nabootsen van elementaire geluiden. Ze kopieerden gewoon wat ze hoorden. Hun vocabulaire moet uiterst beperkt zijn geweest.”
“Spreekt dit de reeds beschikbare informatie niet tegen? We hebben hun woningen gevonden. We dachten altijd dat dat een teken was van enige vorm van intelligentie.”
“Als je het mij vraagt, Jim, en ik doe ik hier even een wilde gok, dan zijn ze misschien ooit intelligenter geweest. We moeten meer onderzoek doen om te kijken of deze theorie klopt. Aan de andere kant, het kunnen natuurlijk alleen de mannen zijn geweest die dom waren. De vrouwen waren bij dit soort misschien een stuk slimmer. Dat is niet ongebruikelijk.”
“Ik kan echt niet wachten tot we een vrouwelijk exemplaar tot onze beschikking hebben. Hij heeft wel een goed … je weet wel. Klein, maar, als ik het zo bezie, bijzonder effectief. Hoe werkte het?”
Marcus deed de flap omhoog dat over de penis heen hing. Met chirurgische precisie sneed hij het hele zaakje eraf en hield het omhoog. Bungelde het een beetje voor het gezicht van Jim om hem duidelijk te laten zien wat wat was.
“Nou, kijk hier eens naar. Zie je dit? Het ziet ernaar uit dat de voortplantingsvloeistof hier doorheen liep en het lichaam via deze buis verliet. Als ik me niet vergis, dan moest dat bij de vrouw geïnjecteerd worden. In haar voortplantingsorgaan, zeg maar. Hoe dat er dan ook uit hebben mogen zien. En dan konden ze zo nageslacht produceren. Of dat in de vrouw groeide of daarbuiten, dat moet nog blijken. Het zou kunnen dat ze eitjes legde. Maar ik houd alle opties nog even open.”
“Ongelooflijk. Zo primitief. Zo vulgair.”
“Ik weet niet of we dit al moeten delen met anderen. Het zou echt te veel choqueren, ben ik bang. Het zou afgrijselijk worden gevonden.”
“Ik zou bijna zeggen dat ze zichzelf met de snelheid van bacteriën hebben moeten reproduceren. Ze waren een soort ziekte. Anders hadden ze nooit zo lang kunnen overleven onder de omstandigheden die er waren. Van hun intelligentie moesten ze het niet hebben.”
“Hadden ze een bewustzijn? Waren ze zich van zichzelf bewust?”
“Ergens moeten ze een bewustzijn hebben gehad. Ik heb de hersenen ontleed en bestudeerd. Wat ik daardoor te weten ben gekomen is dat deze door de jaren heen enorm geslonken moeten zijn. Er was in het hoofd namelijk ruimte voor veel meer. Ze zijn verschrompeld. Sommige delen die ze niet gebruikten moeten gekrompen zijn, verloren zijn gegaan en evolutie deed zo zijn werk. Op het laatst moet het allemaal niet meer zijn geweest dan zichzelf replicerende DNA.”
“Zijn ze daarom uitgestorven?”
“Ja, op het laatst was er gewoon niets meer over dan grenzeloze menselijke domheid.”
“Wat zonde. Vind je het niet zonde?”
“Ik denk dat het beter is zo, Jim. De Aarde – de planeet waarop ze woonden – is veel beter af zonder hen. Kijk eens hoe de natuur floreert en hoe harmonieus het dierenrijk er is. De natuur heeft terugveroverd wat er ooit van haar afgepakt was en het is nu een veel gezondere planeet dan het vast ooit is geweest.”
“Ja, daar heb je een punt. Nou, laten we het voor vandaag maar voor gezien houden. Ik heb in ieder geval genoeg gezien. Bedek dit mens maar en laten we de rapporten zo eens op orde gaan maken. Misschien zijn ze bij ons ooit klaar voor dit hele reproductie verhaal, maar tot die tijd mogen we dankbaar zijn dat we in geen enkel opzicht lijken op hen. De gedachte alleen al dat je uitsterft, omdat je te dom bent. Ondenkbaar.”
“Lachwekkend!”
Einde






Leave a comment