Van de heer P. Klinknagel
Geachte psychologen, psychiaters, neurologen e.a.
We zegge en schrijve elf september in het jaar tweeduizendvierentwintig. Vandaag presenteer ik u, hooggeachte heren en dames, een welhaast onmogelijke casus. Voor de hooggeachte lieden onder u allen die bekend zijn met dit personage zou vandaag zomaar de dag kunnen zijn dat inziet dat u wordt bespeeld, gemanipuleerd en voorgelogen door het vernuft, het verstand, de gewiekstheid en intelligentie gehuisvest in één en dezelfde persoon: de heer P. Klinknagel. U zult dit tegenspreken. Ontkennen in alle toonaarden. Bij hoog en laag zult u beweren dat u niet voor het lapje bent gehouden. “Hoe kan ik,” zult u stellig menen, “met mijn voortreffelijke kennis en verstand van zaken, zijn bespeeld als een klarinet en om de tuin zijn geleid gelijk een mol!? Hoe durft u mij daarvan te beschuldigen!” Woedend zult u zijn op mijn aantijgingen. Dat accepteer ik.
Voor de hooggeachte heren en dames voor wie de heer P. Klinknagel nog een onbekende is ligt hier een enorm uitdagende casus te wachten.In het leven van de heer P. Klinknagel zijn slechts twee soorten mensen. Zij die leed van hem hebben ondervonden en zij die het nog gaan ondervinden. In het geval dat een individu echt nimmer op enigerlei wijze negatieve gevolgen heeft ondervonden van de uitermate destructieve karaktertrekken van het heerschap, adviseer ik ten strengste: ren. Zo hard als uw korte beentjes u dragen kunnen. Ren. Snijdt hem vakkundig uit uw leven met chirurgische precisie. Alle lieden die wel leed van hem hebt ondervonden, maar nog steeds in de vooronderstelling zijn dat het wel meevalt, zelfs in de waan leven dat hij wel zal veranderen, adviseer ik u: ren.
Natuurlijk zult u dat niet doen. U verstaat uw vak en denkt wellicht dat alle mensen deugen. U keurt gedrag af, maar niet de mens. Hoeveel gedrag moet er afgekeurd worden, voordat we kunnen stellen dat de mens van binnen volledig verdorven is? Dit verhaal is de waarschuwing die u allen zult negeren. Hoofdschuddend zult u het lezen en u afvragen hoe anderen – niet u – zo dom kunnen zijn geweest om te vallen voor de overduidelijk leugenachtige charmes van deze charlatan. “Elk weldenkend mens,” zult u opperen, “prikt toch binnen een mum van tijd door deze opzichtelijke façades heen.” Exact wat zij dachten. Maakt u zichzelf vooral wijs dat u op tijd uit het water springt als deze langzaam aan de kook wordt gebracht, omdat u ervoor gestudeerd heeft.
U bent niet de eerste noch zult u de laatste zijn. Een lange lijst van slachtoffers – waaronder hulpverleners – ging u voor en een lange lijst van slachtoffers zal volgen. Niet allen zo kundig als u, dat is waar. Edoch, mijn heren en dames, het waren mensen, zoals u en de uwen, die mijn waarschuwingen in de wind hebben geslagen. Onder hen waren zij die niet zien wilden en daarmee erger waren dan de blinden. De horende lui waren te doof om naar de verhalen te luisteren en negeerden overduidelijke bewijzen of deden ze af als lariekoek en prietpraat. Met alle gevolgen van dien. Ik stond erbij. Ik keek ernaar. Ik kon niet anders dan mededelen dat ik het toch echt had gezegd. Zo geschiedde. Zo is het gegaan. Zo gaat het nu. Zo zal het blijven gaan.
Beste heren en dames, ik hoor graag uw bevinden en anamneses na het lezen van de onmogelijke casus van de heer P. Klinknagel.
Unsigned Books 