Hoofdstuk 3: Vergadering

Written by:

Gender Deel 5

In de vergaderzaal van het Caitlyn Jenner Instituut zit dokter Feidhelm met sols team van dokters klaar voor een vergadering over de toekomst van de jeugd en het op de wereld zetten van baby’s. Er zijn ernstige zorgen over de huidige staat van het onderwijs en het bijbrengen van bepaalde biologische aspecten van het menselijk lichaam. “Een genderneutrale wereld”, is de consensus, “is tot daaraan toe, maar er moeten toch zaken weer bij naam genoemd gaan worden om de jongeren niet zo zwaar aangedaan het ziekenhuis te laten verlaten.” Daarneven is men ongerust over de staat van de reproductie organen en het zaad.  

De tafels staan in een u-vorm in de lichtblauwe vergaderruimte. In tegenstelling tot de gangen en het merendeel van de andere vertrekken in het pand ligt er hier een hoogpolig gemêleerd tapijt van hemp en bamboe op de grond. Grote ramen met gordijnen van iets dat velours benadert in dezelfde lichtblauwe tint dragen bij aan een informelere sfeer. Enkele schilderijen van natuurlandschappen en stillevens nemen elke gedachte van een ziekenhuiskamer weg.  Het enige dat duidelijk maakt dat het dat wel is, zijn de dokters in hun lange, witte doktersjassen en een enkele stethoscoop die om een nek hangt.    

Feidhelm opent de vergadering. “Laat ik beginnen met het uiten van mijn zorgen over de staat van het zaad van de huidige pubers. Jarenlang gebruik van hormonen heeft ertoe geleid dat het steeds minder bruikbaar is geworden. De gemiddelde lengte van de penis is significant afgenomen evenals de grootte van de teelballen. Niet alleen is het zaad minder vruchtbaar en in bepaalde gevallen zelfs onbruikbaar, het is ook in hoeveelheid teruggenomen. Ik hoor graag jullie ideeën hierover.”  

Romaine, één der dokters van de afdeling die al langer werkzaam is in het instituut en grijze lokken heeft alsmede een grijze snor, geeft als eerste aer mening. “Ik denk, dokter Feidhelm, dat we inderdaad kunnen stellen dat het jarenlange gebruik van de hormoonblokkers hier debet aan is. Onderzoek ontbreekt echter en zal er op zeker niet naar gedaan worden uit angst voor de uitkomst. Farmaceutische bedrijven vrezen grote verliezen. Het is vooralsnog voor ons onduidelijk of dit een omkeerbaar effect is of niet. Zoals het er nu naar uit ziet, kunnen deze gevolgen inderdaad problemen gaan opleveren in de toekomst, zeker als de trend zich voortzet.” 

“Vooralsnog hebben we wel voldoende zaad in de donorbanken om nog wat jaren vooruit te kunnen,” meent Parfait, “maar het is geen onuitputtelijke bron en een ongeluk zit in een klein hoekje. Wie wil de brenger van dit nieuws zijn bij De Staat?” Au kijkt de aanwezige dokters over aurs leesbril aan met een blik die zegt dat au het antwoord al weet. 

Feidhelm fronst en knikt instemmend. “De Staat zit niet te wachten op onze feiten. Ze hebben hun eigen agenda die erdoorheen gedrukt moet worden. Genderneutraliteit is belangrijker dan simpele biologische gegevens. De tere zieltjes van de jeugd mogen niet aangetast worden door de harde realiteit van de feiten. We kunnen uiteraard wel de grote farmaceutische bedrijven vragen om te kijken naar de mogelijkheden om hormoonblokkers te maken die niet zo’n enorm negatief effect sorteren op de reproductie organen. Je snapt dat het nog jaren gaat duren voordat het er doorheen is. Als het er al doorheen komt, dan gaan er nog ettelijke jaren overheen om zo’n pil te fabriceren. En dan moeten we nog maar hopen dat het goedgekeurd en gebruikt gaat worden. Dat de geslachtsorganen niet meer gebruikt worden voor seks is tot daaraan toe, ze zijn nog wel nodig voor het voortbrengen van nieuwe mensen. Eigenlijk wordt ons voortbestaan bedreigd en wij zijn onze eigen grootste vijand.” 

“Ik neem aan, dokter Feidhelm, dat het met de kwaliteit van de baarmoeders en de eitjes wel goed gesteld is. Of liggen daar ook gevaren op de loer?” vraagt dokter Tendai met een licht waarneembare bezorgde stem. Z is een vrij jonge arts die nog niet zo lang werkzaam is aan het Instituut. Achter het jonge uiterlijk en gladgeschoren gezicht gaat wel een enorm kundig arts schuil met een liefde voor het vak.  

“De eitjes, ja, de eitjes. Daar is verder nog niet al te veel mis mee. Die zijn nog redelijk vruchtbaar. Baarmoeders zijn ook het grootste probleem niet en daar hebben we altijd nog kunstmatige versies van mocht er echt nood aan de persoon zijn.” Een korte stilte valt om even na te denken met een slok van sols water. “We hebben natuurlijk al eens de beslissing moeten nemen om uit voorzorg twee eitjes te bevruchten bij de personen die geen kinderen krijgen. Dat komt alleen maar door de kwaliteit van het zaad. Op dit tempo zouden we in de nabije toekomst zelfs moeten overgaan op drie eitjes per persoon. Dat kan toch niet de bedoeling zijn, me dunkt. Waar trek je de grens? Moeten we straks drie-, vier- of zelfs vijflingen ter wereld brengen?” Sol kijkt de leden wat vragend aan. 

“Zal ik allereerst eens een bericht eruit laten gaan naar onze collegae aan andere instituten om te informeren hoe zij hier tegenaan kijken?” biedt Beau aan. “Dan kunnen we nog eens hard gaan nadenken over hoe we dit moeten gaan verkopen aan De Staat.” 

“Goed plan. Tegelijkertijd moeten we nadenken of en wanneer het tijd wordt om meer eitjes af te nemen bij de verplichte donatie op vijfentwintigjarige leeftijd. Als we moeten gaan overstappen op het bevruchten van drie eitjes, dan zullen de personen met baarmoeders meer moeten gaan afstaan. Daar zullen ze zelf niks van merken natuurlijk, maar we moeten een grotere opslag gaan maken en waarschijnlijk meer personeel in dienst nemen om het allemaal te verwerken. De kunstmatige baarmoeders zullen aangepast moeten worden. Dat brengt allemaal kosten met zich mee. Daar zal De Staat een heleboel geld voor moeten gaan ophoesten.” Feidhelm kijkt wat bedrukt na deze rede, want geld is een heikel punt bij De Staat. Als ze echter koppig achter hun agenda blijven staan daar en niet ergens willen meebuigen, dan hangt er een prijskaartje aan.  

De dokters zijn vrij eensgezind over dit onderwerp. Allen zien de negatieve effecten van de hormoonblokkers en iedereen maakt hun zorgen hieromtrent. Er wordt nog geopperd om te kijken naar de mogelijkheden om een pil te creëren die de zaadproductie verhoogt, alleen dan zitten ze nog met het verschrompelen van de geslachtsorganen. De ballen krimpen en kunnen simpelweg geen grotere hoeveelheid sperma meer opslaan.   

Het probleem waar de dokters tegenaan lopen bij De Staat is dat zij geen deskundigen in dienst hebben op dit gebied. Zij bekijken, in de optiek van de deskundigen, alles vanuit hun onwetende, eenzijdige tunnelvisie en houden geen rekening met het oordeel en de mening van zij die er verstand van hebben. Voor nu laten de artsen het hierbij en gaan door met het volgende punt op de agenda.  

“Tendai, ik geef voor nu graag het woord aan jou voor ons volgende onderwerp. Daar ik me voornamelijk bezighoud met de operaties en bevallingen en jij de dagelijkse praktijk ervaart in jouw spreekkamer kun je hier vast meer over vertellen.”  

“Dank je, dokter Feidhelm, ik denk dat ik namens allen spreek als ik zeg dat ons werk bemoeilijkt wordt de laatste drie jaar door hiaten in het curriculum van de scholen. We merken dat het vocabulaire ontbreekt om onze patiënten degelijk te kunnen informeren. Woorden als ‘borsten’ en ‘penis’ zijn geschrapt, maar wij ontkomen er haast niet aan om die termen wel te gebruiken.”  

Parfait wil daar graag nog wat aan toevoegen. “Niet alleen dat, beste collegae, maar door een gebrek aan kennis komt de informatie die wij ze geven extra hard binnen. In de queeste tere zieltjes te behoeden voor enig psychisch leed, krijgen ze in staatsziekenhuizen op hun achttienjarige onderzoek een dubbele dosis. Ongetwijfeld zal het verzoek van De Staat zijn dat wij onze informatie gaan aanpassen, maar dat is, in mijn bescheiden mening, de wereld op de kop.” 

“Ook hier ontbreekt natuurlijk weer gedegen onderzoek, maar elk persoon met de pet kan zien dat het aantal zelfdodingen is toegenomen in de afgelopen jaren. De Staat zal schermen met het adagium dat correlatie geen causaal verband aantoont. Het is wel heel toevallig dat al die jongeren hunzelf van het leven beroven na het achttienjarige onderzoek”, brengt Beau in. “Vaak doen ze dat door hier om de hoek per ongeluk tegen een rijdende bus aan te lopen. Soms wel drie keer.” 

Feidhelm probeert het geheel bij elkaar te brengen voordat het verzandt in het spuwen van gal en het vertellen van anekdotes. “Ik voorzie eveneens dat we zullen worden verzocht de informatie die wij verstrekken te herzien. Dat moeten we voor zijn en als dat geen effect sorteert moeten we voet bij stuk houden.” 

De oudste van de groep, Romaine, wil toch een verhaal kwijt. Ondanks de poging van Feidhelm om dit de kop in te drukken, onderbreekt deze arts hem toch. “Ik weet nog dat ik als student bij een lezing zat en de arts de woorden ‘man’ en ‘vrouw’ gebruikte in dezelfde zin als ‘penis’ en ‘vagina’. De helft van de studenten is beledigd opgestaan en weggelopen. Daarna werd het ontslag geëist van die dokter. Uiteraard lag hun er diezelfde week nog uit. In de maatschappij waren die zaken al onbespreekbaar geworden, maar als dokters zouden we toch een uitzonderingspositie moeten hebben. Niets is minder waar gebleken en kijk eens waar we nu staan; wetenschappelijke feiten moeten plaats maken voor subjectieve gevoelens.” 

Alhoewel veel artsen – met name de beginnende – in die tijd hierin mee zouden zijn gegaan, is de mores wat veranderd. Dat komt vooral omdat diezelfde onwetende beginnelingen nu de rotte vruchten plukken van allerlei veranderingen en zogenaamde verbeteringen. Waar Romaine een aantal jaar geleden waarschijnlijk eveneens  aer ontslag tegemoet had kunnen zien na het vertellen van een dergelijk verhaal, wordt er nu instemmend gereageerd door de collegae. Het zal echter allemaal weinig effect sorteren, want deze artsen zijn in dienst van de staat en zullen naar de pijpen moeten dansen van de mensen die aan de macht staan en hen betalen. Tenzij er op grotere schaal actie wordt ondernomen wellicht. Dan moet die beweging wel op gang komen.  

Dokter Feidhelm grijpt in voordat het volledig ontspoort en uitmondt in fulmineren en gal spuwen. “Dat is water onder de brug, Romaine, al snap ik je punt. Dit is de huidige situatie. Er is wel verandering nodig en we moeten ons best doen om dat te bewerkstelligen. Eén stap tegelijk dan wel. Ik denk dat een brief naar onze collegae een goed begin is. Kijken hoe andere ziekenhuizen erover denken, inventariseren en van daaruit verder kijken en hopen dat niemand hun baan verliest ondertussen.” 

“Wat is onze baan waard als het mensenlevens kost?” vraagt Tendai wat verontwaardigd. 

“We zijn er om het voortbestaan van de mens te garanderen, collegae, en niet om bijdrage te leveren aan het uitsterven ervan,” geeft Romaine verbitterd aan. “Als elk verwekt kind betekent dat er twee mensen hunzelf buiten van de brug hebben geworpen, dan dweilen we met een kraan open. Zonder zaad geen nazaat.” 

“Mensen, mensen, mensen,” zegt Feidhelm met verheven stem, “het is zeker waar, maar we moeten het georganiseerd en doordacht aanpakken. We sturen een brief en moeten standvastig zijn in wat wij wel en niet zullen vertellen aan onze patiënten, zelfs als De Staat wil ingrijpen. Dat is het voor nu. Ik schort de vergadering voor vandaag op, zodat we even kunnen kalmeren en dan zetten we deze volgende week weer voort.” 

In wandelgangen is de vergadering het gesprek van de dag, maar of het ooit verder zal komen dan gesprekken en goede intenties, dat moet nog bezien worden. Vaak zijn het woorden en geen daden. Ze drinken een glas, ze doen een plas en alles blijft zoals het was.   

2 responses to “Hoofdstuk 3: Vergadering”

  1. Hoofdstuk 2: Ongepast Informatie – Unsigned Books Avatar
    Hoofdstuk 2: Ongepast Informatie – Unsigned Books

    […] main hfstk 1 hfstk 3 […]

    Like

  2. Hoofdstuk 4: Fluitje van een Cent – Unsigned Books Avatar
    Hoofdstuk 4: Fluitje van een Cent – Unsigned Books

    […] hfstk 3 hfstk […]

    Like

Leave a reply to Hoofdstuk 4: Fluitje van een Cent – Unsigned Books Cancel reply

Latest Articles